The Divine Life Society
Afdeling Aalst
Homepage


KONING SHAKOENTA

Uit: Licht van Sivananda, februari 2010, vol. 514

De oude wijzen waren grote verhalenvertellers
Goeroedev Swami Sivananda vertelt in zijn boek Illuminating Stories het volgende verhaal uit het Raamaayana, met als titel Koning Shakoenta. De wijze Naarada is ervoor bekend dat hij overal moeilijkheden veroorzaakt. Schier niemand noemt zijn kind dan ook Naarada. Maar hij maakt geen moeilijkheden omdat hij een slecht karakter heeft. Overal waar hij komt voelt hij aan welke onuitgesproken problemen er onder de oppervlakte sluimeren en omdat hij weet dat dergelijke onderhuidse gevoelens op de lange duur relaties verzieken, brengt hij ze aan de oppervlakte.

Al was Vishvaamitra een grote wijze toch zag Naarada dat er in hem toch nog hoogmoed aanwezig was. Het verhaal vertelt welke remedie hij bedacht. Het illustreert ook de grootheid van Hanoemaan of de grootheid van bhakti en het maakt bovendien duidelijk dat Raama zelf de slaaf wordt van zijn oprechte toegewijde.


KONING SHAKOENTA

Shrie Vasishtha voerde eens een zekere yagnya (offer) uit, die werd bijgewoond door vele wijzen, rishis (zieners), moenis (die mauna of stilzwijgen beoefenen of die voorbij woorden zijn gegaan) en koningen. Ook Naarada, Vishvaamitra en Shakoenta, de koning van Kaashie (Benares), waren aanwezig. Bij het afscheid boog Shakoenta eerst voor de wijze Vasishtha en pas dan voor de anderen.

Enkele maanden later bracht Naarada een bezoek aan Vishvaamitra en zei hem in de loop van hun gesprek dat zijn prestige als rishi aan het tanen was. Vishvaamitra vroeg hoe dat kwam. Naarada antwoordde: "Herinnert ge u niet, Vishvaamitra, dat Shakoenta eerst zijn respect betoonde aan Vasishtha en pas daarna aan u en de anderen? Sedertdien hoor ik overal, waar ik ook ga, slechts de naam van Vasishtha. Ge hebt Shakoenta niet gestraft voor zijn gebrek aan respect en zijn voorbeeld wordt dan ook door anderen gevolgd."

Vishvaamitra zei: "O Naarada, als dat zo is moet ik hem straffen of ik moet aanzien zien te verwerven door een gestrenge versterving." Naarada zei: "Ik stel u een goed plan voor. Voer het uit als het u bevalt. Draag uw discipel Shrie Raama op Vasishtha te straffen."

Vishvaamitra begaf zich onmiddellijk op weg naar Ayo-dhyaa en zocht Shrie Raama op. Vishvaamitra vroeg: "Is het niet uw plicht te waken over mijn prestige en reputatie?" Shrie Raama antwoordde dat dit inderdaad zijn plicht was. "Dood dan morgen bij zonsopgang de man die mijn reputatie ondermijnde." Shrie Raama antwoordde dat hij dat bevel zou uitvoeren en vroeg wie hij moest doden."Shakoenta, de koning van Kaashie", antwoordde Vishvaamitra.

Naarada zocht Shakoenta op en zei: "O koning, ge zijt een grote toegewijde van Shrie Raama. Maar desondanks zal Hij u morgen voor zonsopgang doden." Shakoenta vroeg wat de reden daarvan was. Naarada vertelde hem het hele verhaal. Shakoenta antwoordde dat Shrie Raama hem en zijn hele familie mocht doden en dat ze bereid waren door zijn handen te sterven. "Maar niet als zijn vijanden. Dit is een te grote kwelling", zei hij.

"O koning Shakoenta, wees niet ontmoedigd, wees vastberaden. Wees moedig. Gebruik uw verstand en zoek hulp bij anderen", antwoordde Naarada. "Niemand zal me willen helpen", zei Shakoenta, "en ik wil anderen niet in moeilijkheden brengen. Ik ben bereid te sterven. Ik zal voor die tijd voor Shrie Raama verschijnen." "Wanhoop niet", antwoordde Naarada, "een of ander wijs en machtig man zal u misschien willen helpen zonder dat de geloften van Shrie Raama geweld worden aangedaan." "Hoe vind ik zo iemand?" vroeg Shakoenta. Naarada antwoordde dat hij naar het woud moest gaan en dat hij daar luid moest roepen: "Is hier iemand die me kan redden? Laat hij tevoorschijn komen en me beschermen." "Als er iemand verschijnt spreek hem dan over uw moeilijkheden", zei Naarada.

De koning plaatste zijn zoon op de troon en begaf zich naar het woud waar hij luid om hulp riep. A-janaa, de moeder van Shrie Hanoemaan, hoorde hem en kwam uit haar grot. Ze vroeg hem wat het probleem was. Shakoenta vertelde het haar en smeekte haar hem te beschermen. Ze gaf hem haar woord. "Mijn geliefde zoon zal u beschermen. Zeg me welk gevaar u bedreigt." "Shrie Raama is vastbesloten mij te doden voor zonsopgang," antwoordde Shakoenta. Ontzet riep A-janaa: "Ik heb door de trots op mijn kracht en door mijn ego•sme een verschrikkelijke vergissing begaan. Ik had niets mogen beloven zonder te weten wat u me vroeg. Mijn zoon is Shrie Raama zeer toegewijd. Maar ik kan mijn belofte niet verbreken. Er woedt in mijn geest nu een conflict tussen plichten."

Ze verborg de koning in een grot en schreeuwde: "O beminde zoon, kom direct." Hanoemaan verscheen ogenblikkelijk en zei: "O moeder, wat kan ik voor u doen?" Zijn moeder vertelde hem wat er was voorgevallen en welke vergissing ze had begaan. Hanoemaan stelde haar gerust en verborg Shakoenta in de grote kronkel van zijn staart, ging zitten op de top van een heuvel en begon te mediteren over Shrie Raama terwijl hij Raamnaam (de naam van Raama) zong.

Shrie Raama zond Shatroeghna (een broer van Raama) om Shakoenta bij hem te brengen. Shatroeghna begaf zich op weg naar Benares, maar daar vond hij Shakoenta niet. Men zei hem dat deze vertrokken was naar een naburig woud. Shatroeghna begaf zich naar dat woud. Hij zag Hanoemaan zitten op de top van een heuvel. Hij vroeg hem waar Shakoenta was. Hanoemaan antwoordde dat hij Shakoenta beschermde in zijn opgerolde staart, zodat het woord van zijn moeder niet zou worden gebroken. "Dood mij eerst en breng hem daarna bij uw broer", zei hij. Shatroeghna zei: "O aanbiddelijke Hanoemaan, gij zijt de grootste toegewijde van Shrie Raama. Ge beschikt over buitengewone krachten. Ge hebt me ooit gered van de dood. Ik beschouw u als een broer. Bovendien zijt ge een chiranjievi (een onsterfelijke) door de zegen van Shrie Sietaa (Raama's gemalin). Ik ben niet bereid u te doden. Zelfs als ik het probeerde zou dat beslist mislukken."

Shatroeghna keerde terug naar huis. Lakshmana (een andere broer van Raama) maakte zich nu klaar om Shakoenta te halen, maar ook hij keerde alleen terug.

Daarop vertrok Raama samen met zijn broers naar de plaats waar Hanoemaan zat. Toen Hanoemaan Shrie Raama zag, boog hij diep voor zijn Heer en ging daarna weer zitten in meditatie. Shrie Raama zei: "O beminde Hanoemaan, ik moet op bevel van mijn Goeroe Shakoenta doden. Lever hem aan mij uit." Hanoemaan antwoordde: "O Heer, ik ben verplicht Shakoenta te redden om het woord van mijn moeder gestand te doen. Dood mij eerst en dood dan Shakoenta." "O Hanoemaan, bereid u voor op de strijd." Terwijl Hij dit zei schoot Hij met zijn boog naar Hanoemaan, maar de pijl viel als een bloemenkrans rond diens nek. Raama schoot vele pijlen af. Ze hadden geen van alle enig effect. Tenslotte lanceerde Hij zijn machtige Naaraayana-astra. Dit veroorzaakte overal een verschrikkelijke hitte. De Devas renden her en der om zich in veiligheid te brengen en vielen op het einde aan de voeten van Brahmaa.

Hanoemaan herhaalde de hele tijd Raamnaam. Brahmaa verscheen samen met de Devas. Hij vroeg Hanoemaan zijn ogen te openen. Hanoemaan zag Brahmaa en de anderen. Hij viel aan de voeten van Brahmaa, die hem vroeg aan de voeten van rishi Vishvaamitra te vallen. Hanoemaan deed dit. De rishi zegende hem. Toen Hanoemaan opstond zag hij dat ook Shakoenta aan de voeten van de rishi boog.

Vishvaamitra zei luid: "O beminde Raama, dood Shakoenta niet, want hij viel aan mijn voeten. Ik moet hem nu redden. Anders bega ik een zonde." Daardoor kwam aan het gevecht een einde. Hanoemaan viel aan de voeten van Shrie Raama en smeekte Hem te worden verontschuldigd voor zijn wangedrag. Shrie Raama zei: "O mijn beminde toegewijde, ik ben heel tevreden over u. Ge zijt vooraanstaand onder mijn toegewijden en ge hebt aan de wereld de glorie en de kracht van Raamnaam getoond."

Shrie Raama omhelsde Hanoemaan en zegende hem. Ook Naarada boog voor Shrie Raama en zei: "Vergeef mij de ellende en de moeilijkheden die ik heb veroorzaakt." Shrie Raama zei: "O grote rishi, ge bewijst de wereld altijd onschatbare diensten door een of andere moeilijkheid te veroorzaken. Dat ge dit probleem schiep, heeft Me heel erg behaagd."

Shrie Raama zei: "O Shakoenta, door u alleen werd de glorie van Raamnaam bekend gemaakt op de wereld. Grote toegewijden en wijzen zullen altijd deugdzame mensen zoals gij uitverkiezen om waardevolle beginselen onder de aandacht van de wereld te brengen. Keer terug naar uw koninkrijk en wees gelukkig. Ik ben tevreden over u."

Ook Añjanaa vroeg Raama om vergiffenis. De Heer antwoordde: "Zelfs de vergissingen van ware toegewijden jegens hun Beminde brengen groot goed aan de toegewijde en aan anderen. Ik ben ook over u tevreden." Hij zegende alle aanwezigen, die vreugdevol en gelukkig terugkeerde naar hun respectieve plaatsen.

De glorie van Raamnaam is onbeschrijflijk. De kracht van Raamnaam is onuitspreekbaar. Raamnaam is uw enige toevlucht of steun op deze wereld om de formidabele oceaan van samsaara (de wereld van geboorte en dood) over te steken en om onsterfelijkheid en zaligheid te bereiken.